Alles over de huismus en hoe zelf een mussenkast te maken
De huismus (Latijnse naam: Passer domesticus) was heel lang de bekendste vogel van het land. Helaas is de mussenpopulatie enorm afgenomen. In de stedelijke gebieden gaat die afname gestaag door: de huismus is sinds de tweede helft van de jaren negentig in de grote steden met maar liefst 50 tot 80% afgenomen en staat sinds 2004 op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels. Help ons om de mus weer terug te krijgen en bouw eenvoudig zelf een mussenkast!
De belangrijkste leefomgeving van de huismus is daar waar mensen wonen. Mussen zijn, net als gierzwaluwen, rotsbroeders: ze bouwen hun bolvormige nestjes van strootjes onder daken en in kieren en spleten van gebouwen. Als ze het naar hun zin hebben, blijven ze jarenlang op dezelfde plaats, trekken doen ze niet. De laatste jaren is het aantal broedparen van de huismus in alle grote steden schrikbarend afgenomen. Hoe dat komt weten we niet precies. Door gebrek aan insecten? Te weinig nest- of slaapgelegenheid? Zijn het onze nieuwbouwhuizen die geen gaatjes of spleetjes meer hebben? Of zijn we te netjes?
Wat kun je doen om de mus te helpen?
Wat kun je als bewoner doen om de mus terug te krijgen in de buurt?
• Je kunt uw tuin of balkon vogelvriendelijk maken door planten te kiezen, die ervoor zorgen dat er het hele jaar insecten en zaden zijn te vinden. Houd katten uit de buurt. Als je zelf een kat hebt, doe hem dan een belletje om zodat de mus wordt gewaarschuwd.
• Je kunt de mus ook onderdak bieden door speciale mussenpotten of nestkasten tegen je huis of schutting te plaatsen. Deze zijn verkrijgbaar bij tuincentra, dierenwinkels en de winkel van Vogelbescherming. Mussen nestelen in groepjes, dus plaats minstens twee of drie potten met een onderlinge afstand van een meter. Nestkasten kunt u ook zelf maken.
Zelf een mussenkast maken?
Download de pdf met een bouwtekening van een mussenkast
Een interessante video over diverse nestkasten:
Van oudsher is de Huismus een van de meest voorkomende broedvogels in Nederland. De mus is sterk gebonden aan de mens. Hij bouwt zijn nest het liefst in muurspleten, op dakbalken of onder dakpannen en andere holtes in gebouwen, maar soms ook in bomen. De Huismus blijft het hele jaar in de buurt van het nest, dat in de winter als slaapplaats gebruikt wordt. Het rommelige, overdekte nest wordt gemaakt van stro en twijgjes en wordt bekleed met zachte materialen zoals schapenwol, paardenhaar en vruchtpluis van paardebloemen. In de stad worden vooral ook menselijke materialen gebruikt als wol, katoen en (tissue)papier.
De Huismus nestelt in kolonies, van zeven tot wel een paar honderd nesten. Mannetjes en vrouwtjes maken samen het nest. Om de nestplaats kan flink gevochten worden. Soms worden zelfs de nesten van Koolmezen of Huiszwaluwen gekraakt. De paartijd is van april tot augustus, waarin de vogels 2 tot 3 broedsels hebben met elk 4 tot 5 eieren. De broedtijd is 12 dagen. Door gebrek aan ervaring gaat een groot deel (75-80%) van de jongen in het eerste jaar al dood.
Het voedsel van de Huismus bestaat voornamelijk uit zaden (gierst, tarwe, gerst, haver, kanariezaad), in het broedseizoen aangevuld met insecten. Ook groene delen van planten, knoppen en huishoudelijk afval kunnen als voedingsbron dienen. In de winter is de Huismus veelal afhankelijk van voedsel dat door de mens wordt aangeboden.
TIP! Leuke en nuttige informatie over huismussen
Op onderstaande websites kun je aanvullende informatie over (de bescherming van) huismussen en tips over hoe je je balkon of tuin aantrekkelijk kunt maken voor huismussen.
- Stichting Witte Mus spant zich in om de huismus op de kaart te zetten.
- Ecologische informatie en beschermingsmaatregelen vind je in de Soortenstandaard uitgegeven door het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.
- In deze folder lees je met welke planten je je tuin aantrekkelijk maakt voor mussen.